De ijsbeer
Vandaag is het 5 mei 2025, een nationale feestdag. Precies 80 jaar geleden tekenden de Duitsers in Wageningen de capitulatie, waarmee een einde kwam aan de bezetting van Nederland. Strikt genomen vond de daadwerkelijke overgave al plaats op 4 mei 1945 op de Lüneburger Heide, maar deze werd pas op 5 mei van kracht voor alle Duitse troepen in Nederland. Ter ere van de soldaten die Utrecht hebben bevrijd is een monument opgericht: een beeld van een ijsbeer. Dit monument staat in het Hooglandsepark, bij de kruising van de Biltstraat en de Museumlaan, vlak bij de Berenkuil. Deze locatie is niet toevallig gekozen, want precies via de Biltstraat trokken de bevrijders Utrecht binnen vanuit Rhenen. Het monument is ontworpen door Marie-José Wessels en werd op 12 oktober 1991 officieel door prins Bernhard onthuld. Dit beeld voor de “Polar Bears” herinnert ons aan de intocht in Utrecht over de Biltstraat op 7 mei 1945. De Britse 49e West Riding Infanteriedivisie maakte deel uit van de 146e Infanteriebrigade van het Eerste Canadese Leger. Het embleem van deze divisie was een ijsbeer. Op één van de lange zijden van de sokkel is de tekst “VOOR ONZE BEVRIJDERS 7 MEI 1945” uitgehouwen en op de andere zijde is de tekst “TO OUR LIBERATORS 7 MAY 1945” aangebracht. Als ik met de bus van Zeist naar Utrecht reis, kijk ik altijd even opzij wanneer we langs het Hooglandsepark rijden. Daar staat hij: de ijsbeer. Al jaren valt hij me op, met zijn hoekige, bijna robuuste vormen, en toch straalt hij iets herkenbaars en vertrouwds uit. Op een zonnige dag besloot ik uit te stappen en hem van dichtbij te fotograferen. Terwijl ik door mijn camera keek, voelde ik ineens hoe bijzonder het eigenlijk is dat ik dit zomaar kan doen. Zonder angst, zonder belemmeringen. Dat simpele moment, in alle vrijheid mijn eigen stad vastleggen, is iets wat we te danken hebben aan de Polar Bears, de soldaten die ooit Utrecht binnenkwamen en ons onze vrijheid teruggaven. Elke keer als ik weer langs de ijsbeer rijd, denk ik daar even aan.
Bevrijding van Utrecht

Er waren al tekenen dat Utrecht bevrijd zou worden. Op 2 mei 1945 wierpen de geallieerden voedselpakketten af boven de Lage Weide. De feitelijke capitulatie werd op 4 mei 1945 ondertekend in het hoofdkwartier van veldmaarschalk Bernard Montgomery in het plaatsje Lüneburg, in Noord-Duitsland. Daar tekende de Duitse generaal Johannes Blaskowitz, namens de Duitse troepen in Nederland, Denemarken en Noordwest-Duitsland, de overgave aan de Britse troepen van Montgomery. De overgave ging op 5 mei 1945 om 08:00 uur officieel in. In Nederland werd dit later die dag nog eens bevestigd in Wageningen, waar de operationele details van de overgave werden besproken tussen de Canadese generaal Charles Foulkes en Blaskowitz, in aanwezigheid van prins Bernhard. In feite zou er geen oorlog meer zijn in Nederland, Noordwest-Duitsland en Denemarken. Toch bleven Duitse troepen in Nederland voorlopig nog de bezetting aanhouden. De geallieerden moesten nog fysiek de controle overnemen in verschillende steden. Op 5 mei 1945 werd de capitulatie bekendgemaakt en trad het staakt-het-vuren in werking. Utrecht was nog steeds bezet door Duitse troepen, hoewel duidelijk was dat het einde van de oorlog nabij was. Prins Bernhard had een symbolische rol, maar bemoeide zich ook inhoudelijk met de veiligheid van verzetsgroepen en de samenwerking met de geallieerden bij de ontwapening van de Duitsers.

De Utrechters hingen op 5 mei de vlaggen uit en begaven zich naar de Museumbrug bij de Biltstraat. Er kwamen echter alleen vrachtwagens met hulpgoederen uit Rhenen aan, en drie geallieerde motorrijders met witte vlaggen voor een kort bezoek. Op maandagochtend 7 mei verschenen gewapende Binnenlandse Strijdkrachten op straat om Duitse soldaten en NSB’ers te ontwapenen. Bij het Rosarium schoten Duitse militairen tien leden van de Binnenlandse Strijdkrachten dood.
Vanaf 10.00 uur reden de eerste geallieerde voertuigen via de Berenkuil richting de Biltstraat en de Maliebaan de stad in: De “Polar Bears” de Britse 49th West Riding Infantry Division en onderdelen van het 1st Canadian Army.De intocht over de Maliebaan was een symbolisch moment, omdat het hoofdkwartier van de Duitse Sicherheitsdienst daar gevestigd was. De Duitsers hadden zich op dat moment grotendeels teruggetrokken en boden geen serieuze tegenstand meer. Utrecht bleef grotendeels gespaard van grootschalige schietincidenten, in tegenstelling tot steden als Den Haag en Amsterdam.
De Mascotte

De 49e Infanteriedivisie werd opgericht in 1908 onder de naam West Riding Division. In 1915 kreeg de eenheid de naam 49th (West Riding) Infantry Division. De divisie was actief tijdens zowel de Eerste als de Tweede Wereldoorlog. Tijdens de Tweede Wereldoorlog vocht de divisie mee in de Slag om Noorwegen. In mei 1940 werd zij daaruit teruggetrokken. Vervolgens werden de 146e en 147e Infanteriebrigades gestationeerd op IJsland. Daar koos men een ijsbeer op een ijsschots als embleem, het symbool dat leidde tot de bijnaam “Polar Bears”.
In juni 1944 was deze divisie een onderdeel van het 30e Legerkorps dat deelnam aan de strijd in Normandië. De “Polar Bears” dienden afwisselend onder het Eerste Britse Legerkorps, het Tweede Canadese Legerkorps en het Eerste Canadese Legerkorps. De divisie speelde een sleutelrol bij de bevrijding van Le Havre, ondersteunde het 1e Canadese Leger bij de bevrijding van Arnhem, en was actief in onder meer Den Bosch, Roosendaal, Ede, Veenendaal, Utrecht en Hilversum. In Hilversum kwamen 13 soldaten van de Polar Bears om het leven toen bij het ontwapenen van Duitse troepen een antitankmijn ontplofte. In de laatste fase van de oorlog speelde de divisie ook een belangrijke humanitaire rol, door te helpen bij de voedselvoorziening voor de uitgehongerde Nederlandse bevolking.
Fotograferen in vrijheid

Dankzij de bevrijding van Nederland in 1945 kunnen we vandaag de dag in vrijheid fotograferen, een vrijheid die tijdens de oorlogsjaren allerminst vanzelfsprekend was. Onder de Duitse bezetting werd het publieke leven streng gecontroleerd, en ook fotografie viel daaronder. Straatfotografie, het vastleggen van militairen, spoorwegen of strategische objecten was verboden. Camera’s werden zelfs in beslag genomen. Fotografen werkten in die tijd vaak in het geheim, met gevaar voor eigen leven, om toch beelden vast te leggen van het dagelijks leven, het verzet of de gruwelen van de oorlog.
De bevrijding bracht niet alleen een einde aan de bezetting, maar herstelde ook fundamentele vrijheden, zoals die van meningsuiting en artistieke expressie. Dat we nu vrij over straat kunnen lopen met een camera om het leven in al zijn facetten vast te leggen, mensen, gebouwen, momenten van vreugde of stilte dat hebben we te danken aan de offers die destijds zijn gebracht. Elke foto die we vandaag maken in een vrij land draagt, bewust of onbewust, iets van die verworven vrijheid in zich.
Fotografie is daarmee niet alleen een artistiek of journalistiek middel, maar ook een stil eerbetoon aan hen die ons die vrijheid hebben teruggegeven.

Extra:
Videdo met intocht Biltstraat – Utrecht van de Polar Bears
Het Utrechts Archief
https://www.facebook.com/watch/?v=278563539829501&ref=sharing
Bronnen:
49th (West Riding) Infantry Division (Wikipedia)
https://en.wikipedia.org/wiki/49th_(West_Riding)_Infantry_Division
Utrecht 80 jaar vrij: feest op 5 mei |Vereniging Oud Utrecht
https://oud-utrecht.nl/nieuws/1563-utrecht-80-jaar-vrij-feest-op-5-mei
Foto’s
Zwart-Wit: Het Utrechts Archief
Polar Bears op de Berekuil | Fotograaf L.P. Hogeweg | Catalogusnummer: 831543
Afbeelding van enkele vrouwen samen militairen van het Lincolnshire Regiment op een armoured personnel carrier (APC) tijdens de intocht van de geallieerden ter hoogte van de Berekuil te Utrecht. | Catalogusnummer: 831547
Kleurenfoto’s door André Brockbernd ©
2 reacties
Veenendaal werd pas op 10 mei 1945 bevrijd, we waren de laatsten. Mooi om deze verhalen door te vertellen nu de meeste overlevenden wegvallen.
Dank voor het delen.
Dank je wel Janny.